Spoorloos verdwijnen
Geldnerd heeft een fascinatie voor spullen. Of liever gezegd, Geldnerd heeft een fascinatie voor de fascinatie die andere mensen vaak lijken te hebben voor spullen.
Dat is niet altijd zo geweest. Heel lang heeft Geldnerd zelf ook een fascinatie voor spullen gehad. Ik consumeerde er op los, kocht een grotere woning en daarna nog een, richtte die helemaal in met nieuwe meubels, en ging vervolgens met een vrijwel lege bankrekening om me heen zitten kijken naar al die mooie spullen. Langzaam is dat veranderd. In mijn echtscheiding bleken die spullen helemaal niet zo belangrijk, en hadden de meeste spullen zowel geen financiële als emotionele waarde meer. Na vervolgens zeven verhuizingen in zeven jaar en een aantal jaren bewust bezig zijn met minimalisme zijn er helemaal weinig spullen over.
Toch voelt het nog wel als veel. Goed, ik heb mijn kledingkast opnieuw geoptimaliseerd. Ook in 2021 bijna niks gekocht. Maar toch is er een onrust in mij.
Wat doen we met de spullen?
Onlangs las ik het boek ‘Wat doen we met de spullen?’ van Dick Wittenberg. Wat mij betreft een absolute aanrader. Vlot en leesbaar geschreven. Het volgt de volwassen kinderen van een gezin die de nalatenschap van hun moeder af moeten handelen. Het is (non-fictie) een boek over hoe Nederland de afgelopen 100 jaar veranderd is. Over hoe de meeste mensen steeds meer spullen zijn gaan verzamelen. Over hoe moeilijk het is om afscheid te nemen van deze spullen. Over wat die spullen zeggen over de bezit(s)ter van de spullen. En waar je de nabestaanden mee opzadelt als je er zelf niet meer bent. Want dat moment komt onvermijdelijk voor eenieder van ons. De enige zekerheden in het leven zijn de dood en de belastingen, zeggen we dan.
Het boek opent met een citaat uit ‘Inventaris van enkele verliezen’ van Judith Schalansky (de vertaling van het in 2018 verschenen ‘Verzeichnis einiger Verluste‘):
“Kwetsend is het inzicht sterfelijk te zijn, en begrijpelijk het ijdele verlangen de vergankelijkheid te trotseren, en voor een onbekend nageslacht sporen achter te laten, ja, ‘onvergeten’ te blijven, zoals de in het graniet van de grafstenen gebeitelde intentieverklaring zo onverdroten beweert.”
Judith Schalansky
En daar begon mijn onrust.
Ik wil spoorloos verdwijnen
Ik herken mij namelijk niet in het verlangen dat Judith Schalansky beschrijft. Het is wat mij betreft onnodig om de vergankelijkheid te trotseren. Ik ben al blij als iemand in het hier en nu af en toe denkt dat ik iets aardigs heb gedaan, ergens mee geholpen heb. En dat is allemaal eindig. Want op een gegeven moment zijn de mensen die zich mij herinneren ook allemaal weg. Zijn de geheugens waar ik in sta gewist. En is er dus geen spoor meer van mij. Dan kun je wel fysieke sporen proberen na te laten. Maar ook die zijn meestal zinloos en vergankelijk, zoals ik lees in het boek van Wittenberg.
Geldnerd heeft geen kinderen. Die zullen er ook niet komen, ik ben te oud en deze planeet heeft het al zwaar genoeg met al het nageslacht dat andere mensen produceren. Maar ik zal dus ook geen nabestaanden hebben die uiteindelijk mijn puinhoop op kunnen ruimen. En dat geeft mij een verantwoordelijkheid. Ik zal er zelf voor moeten zorgen dat ik geen puinhopen achterlaat. Geen bergen spullen. Ik wil eigenlijk uiteindelijk gewoon spoorloos verdwijnen.
Met dat in gedachten wil ik de komende jaren naar mijn spullen blijven kijken. Blijven optimaliseren, minimaliseren, opruimen. Maar ook: van de dingen die overblijven bewust bedenken wat er mee zou moeten gebeuren als ik er niet meer ben. En dat op een of andere manier vastleggen en overdragen. Uiteindelijk opgeruimd spoorloos het leven uit. Misschien moet ik dit boek ook nog eens proberen?
Ik herken ook het gevoel dat de Amerikaanse blogger Route To Retire beschrijft, de bevrijding toen hij vrijwel al zijn bezittingen verkocht of weggegeven had. Datzelfde gevoel had ik na de afwikkeling van mijn echtscheiding, met een zeer beperkte set persoonlijke bezittingen in een gemeubileerd huurappartement. Het leven wordt daar echt eenvoudiger van, het voelde als een nieuwe start. En eigenlijk wil ik ooit, bij de finish, datzelfde gevoel weer hebben.
Welke sporen wil jij nalaten?