
Onlangs schreef ik over de onverwachte financiële meevaller, die ik had toen de Belastingdienst eindelijk een beslissing nam over mijn aangifte 2015. Maar daarmee was het verhaal nog niet klaar…
De definitieve aanslag 2015 ontving ik digitaal via MijnOverheid. En een weekje later, enkele dagen voordat ik het geld op mijn rekening verwachtte, lag er een welbekende blauwe envelop in de brievenbus. Ik dacht meteen dat het de papieren versie zou zijn van het document dat ik digitaal al ontvangen had. Om een of andere reden stuurt de Belastingdienst alles wat ze mij digitaal sturen ook nog eens een keertje op papier. Waarom? Dat is mij een raadsel, maar het zal vast ergens in de regeltjes staan. Of ze vinden het zielig dat hun collega’s van de verzendafdeling geen werk meer hebben…
Gedachteloos maakte ik de envelop open, en keek meteen naar het totaalbedrag onder de streep. Huh? Daar stond een veel hoger bedrag dan in de digitale aanslag. Een heel veel hoger bedrag. Zo hoog dat ik het hier niet ga vertellen.
In eerste instantie vond ik het bericht verwarrend. Ik had immers net een ander bericht gehad over 2015, met een toezegging van een leuk bedrag. En op deze brief ging het zowel over 2012 als over 2015. Daar snapte ik niet veel van. Tegelijkertijd prikkelde dat mij ook. Want Geldnerd en cijfers niet begrijpen? Geldnerd en iets van de overheid niet begrijpen? Dat is gewoon onmogelijk!
Nou kwam deze brief binnen daags voordat we op vakantie vertrokken. Ik heb ‘m dus keurig in mijn kast gelegd. Ook onder het motto ‘eerst zien, dan geloven’. Tijdens mijn vakantie maalden de ambtelijke molens wel gestaag door. Ik hield mijn bankieren-app nauwlettend in de gaten (ik doe niet aan pauzes en challenges…). Eerst werd het ene, kleinere bedrag van de definitieve aanslag 2015 op mijn bankrekening gestort. En drie dagen later het grote bedrag van de mysterieuze tweede brief. Beide bedragen werden uiteraard meteen vakkundig weggesluisd naar mijn buffer en de beleggingen. Aan het werk met dat geld! Prompt daalde de beurs, dat dan weer wel…
Na thuiskomst ben ik er toch eens even ingedoken… Ik heb beide brieven naast elkaar gelegd, en ben begonnen met die tweede brief.
Het eerste wat me opviel, was dat er ‘Beschikking’ boven stond, en niet ‘Aanslag’. Een beschikking is juridisch iets heel anders, het is een specifieke, individuele of concrete vorm van een besluit van een bestuursorgaan, een schriftelijk besluit dat niet algemeen is. Een beschikking kan worden genomen op aanvraag (van een burger), maar kan ook op eigen initiatief door een bestuursorgaan worden genomen. En dat is het hier. Een specifiek besluit op eigen initiatief van de Belastingdienst, betreffende mijn specifieke situatie.
Daarna ben ik eens goed gaan kijken naar de toelichting. Hierin wordt verwezen naar artikel 3.152 van de Wet op de Inkomstenbelasting 2001. Het betreffende artikel 3.152 gaat over formalisering van achterwaartse verliesverrekening. Artikel 3.152 lid 1 zegt dat verrekening van verlies uit werk en woning met het inkomen uit werk en woning van een voorafgaand kalenderjaar plaatsvindt door vermindering van de aanslag bij voor bezwaar vatbare beschikking van de inspecteur. Lid 2 zegt vervolgens dat de inspecteur de beschikking gelijktijdig geeft met het vaststellen van de aanslag over het jaar waarin het verlies is ontstaan.
Een poging tot gewone mensentaal. In 2015 heb ik voor de Nederlandse Belastingdienst een negatief inkomen gehad. Dat klopt, de aanslag 2015 laat een negatief verzamelinkomen zien. Het verzamelinkomen wordt gedefinieerd in artikel 2.18 van de Wet, het is het gezamenlijke bedrag van (a) het inkomen uit werk en woning, (b) het inkomen uit aanmerkelijk belang en (c) het belastbare inkomen uit sparen en beleggen, verminderd met daarin begrepen te conserveren inkomen. Zeg maar je totale inkomen voor de Belastingdienst. En mijn inkomen uit werk en woning was in 2015 negatief.
Als dat verzamelinkomen negatief is, dan gaat de Belastingdienst dat verrekenen met het verzamelinkomen van eerdere jaren. Zij gaan tot 7 jaar terug, vandaar dat het logisch is dat ze in 2012 uitkomen (want 2019 – 7). Nu was dat fiscaal al een interessant jaar, vanwege de afrekening van mijn echtscheiding en de verkoop van ons gezamenlijke huis aan Ex. Ongeveer 70% van het negatieve verzamelinkomen van 2015 krijg ik dus, op basis van dat artikel 3.152, alsnog terug over het fiscale jaar 2012. Mooi meegenomen, want ik had hier geen rekening mee gehouden. Het is een eenmalig iets, dat wel. In 2014 en 2016, de andere jaren in het Verre Warme Land, had ik gedeeltelijk inkomen daar en gedeeltelijk in Nederland. Ik heb de voorlopige aanslagen er even bij gepakt, en in beide jaren heb ik een positief verzamelinkomen.
Op deze manier wordt het tweede kwartaal wel heel leuk qua inkomsten, want bij het salaris van mei zat ook mijn vakantiegeld. Ik houd mezelf goed voor dat de belastingteruggaves eenmalige meevallers zijn. Tot nu toe lukt het me goed om niet enorm te gaan uitgeven, in elk geval geen ongeplande uitgaven. Goed voor het spaarpercentage dus.
Heb jij ook wel eens onverwachte meevallers?
Ha, sorry voor alle challenges! Denk ook niet dat het mij in zo’n geval gelukt was mijn app dicht te houden.
Maar fijn zeg, zo’n meevaller! Zeker jaren na dato. Alleen soms jammer dat je daar dan ook weer verstandig mee om hoort te gaan ?
De blog over verstandig zijn volgt binnenkort…
Dat is goed nieuws, zeg! Ik heb wel eens meevaller, maar dat zijn geen enorme bedragen.
Ja, eind vorig jaar kregen we ineens iets van 6000€ aan achterstallig kindergeld op onze rekening gestort.
Iets met in Belgie wonen, verhoogd kindergeld krijgen en dat dan met terugwerkende kracht.
Altijd fijn 🙂
Nou, dat zou ik wel willen, maar hier niets van dat geluk. Wel valt de energierekening en de waterrekening lager uit, omdat die nog op het niveau van de vorige bewoners stonden. Wie ’t kleine niet eert.. 🙂