Steeds contactlozer

In de maand maart deden we in Nederland een recordaantal van 100 miljoen betalingen met smartphones, las ik bij de Betaalvereniging Nederland. Bijna een kwart van de betalingen gebeurt nu zonder betaalpas, en negen van de tien zijn contactloos. Ook las ik dat er in die maand maar liefst 439 miljoen keer aan de kassa gepind is. Bij het CBS lees ik dat Nederland 17,6 miljoen inwoners telt en iets meer dan 8 miljoen huishoudens, oftewel er werd in de maand maart gemiddeld 55 keer per huishouden gepind. 25 keer per persoon, baby’s en kinderen meegerekend.

En Geldnerd doet daar niet aan mee. In elk geval niet pro rata. Ik haal dat nog niet in een kwartaal…

Betalingen via mijn persoonlijke rekening 2019Q4 – 2022Q1

Als ik mijn betaalgedrag sinds het vierde kwartaal van 2019 op een rijtje zet dan vallen er een paar dingen op. Destijds hadden we nog nooit van corona gehoord. Ik ben ergens in dat vierde kwartaal begonnen met het gebruik van mijn mobiele telefoon voor betalingen. in het eerste kwartaal van 2020 was Apple Pay goed voor meer dan 80% van mijn betalingen. Contant geld komt in mijn financiële leven bijna niet meer voor.

En toen begon corona. Het aantal betalingen dat ik in een kwartaal deed denderde naar beneden. Met een kleine opleving in de zomer van 2020 (Q3) en de zomer van 2021 (Q3). Maar ook die kwamen bij lange na niet aan de aantallen van vóór corona. En ook in het eerste kwartaal van 2022 blijven mijn betalingen op een laag niveau hangen.

De verklaring daarvoor is simpel. In het verleden was een heel groot deel van mijn transacties gerelateerd aan mijn kantoorleven. Koffie en het restaurant. En dat kantoorleven is nog steeds anders dan het was. Dat blijft, als het aan mij ligt, ook anders dan het was. Ik ga af en toe naar kantoor, gemiddeld eens in de week. Meestal voor één of twee afspraken. Dat is ook geen probleem, het is een kwartiertje fietsen. Een heel enkele keer ben ik er langer, ik ben nu twee keer in de afgelopen 6 maanden een hele werkdag op kantoor geweest. En ik verwacht dat dit zo blijft.

Nu zie je in de grafiek hierboven alleen mijn persoonlijke pintransacties. In mijn administratie kan ik ook zien hoeveel pintransacties we per maand vanaf de gezamenlijke huishoudrekening doen, bijvoorbeeld voor boodschappen. Dat waren er in maart 2022 ook slechts 15. En een (1) transactie met contant geld, op de markt.

Nu heb ik geen zicht op het pingedrag van Vriendin op haar persoonlijke rekening. Gelukkig maar. Maar ik weet vrijwel zeker dat we ook met haar transacties erbij niet aan het maandelijks gemiddelde per huishouden komen…

Betalingen via de gezamenlijke huishoudrekening 2022

En dan was er afgelopen dinsdag ook nog het bericht dat er in de afgelopen zeventien jaar vijf miljard betalingen zijn verricht via iDEAL, het online betaalsysteem van de Nederlandse banken. Het vijfde miljard hiervan is in minder dan een jaar gerealiseerd. Geldnerd en Vriendin doen een groot deel van hun inkopen online, dus ook wij gebruiken iDEAL regelmatig. Ik merk wel dat ik vaak heel bewust de afweging maak of ik iets met iDEAL betaal, of toch met mijn creditcard. Want bij iDEAL wordt de betaling meteen afgeschreven van mijn bankrekening, en bij mijn creditcard aan het einde van de maand na de ontvangst van mijn salaris. Soms is dat laatste net iets handiger voor de liquiditeit.

Hoe (en hoe vaak) betaal jij per maand?

Riskanter rijker

Hij is er weer, de jaarlijkse rapportage van het CBS over het vermogen van de Nederlandse huishoudens. Vorig jaar kwam ‘ie pas in november en constateerde ik dat de ‘rijkdom’ van de ‘doorsnee Nederlander’ vooral gegroeid was door de stijging van de waarde van de woningen. En dit jaar gedurende 2018? Want het bericht van het CBS gaat over het doorsnee vermogen per 1 januari 2019.

Definities

Voor degenen die de blogpost van vorig jaar niet kennen: Met ‘doorsnee’ bedoelt het CBS het mediane vermogen. Dat is het midden van de gegevensverzameling, de helft van de huishoudens heeft meer vermogen en de andere helft heeft minder vermogen. Dat is iets anders dan het gemiddelde. Vermogen definiëren ze als het saldo van bezittingen en schulden, vergelijkbaar met wat in mijn spreadsheets mijn Eigen Vermogen is. Dinsdagochtend op Radio 1 werd het begrip mediaan uitgebreid omschreven, maar het woord zelf werd zorgvuldig vermeden. Blijkbaar is dat anno 2020 zelfs te moeilijk voor Radio 1 luisteraars….

Twee dingen zijn er verder nog om in de gaten te houden. Bij het vaststellen van de fiscale hypotheekschuld kan het CBS de opgebouwde tegoeden bij spaar- en beleggingshypotheken niet meenemen, daar hebben ze geen toegang toe. Ook worden pensioenaanspraken en andere aanspraken van sociale zekerheid niet tot het vermogen gerekend, omdat deze collectief worden geregeld en niet op persoonsniveau toerekenbaar zijn, of overdraagbaar van persoon op persoon.

Tromgeroffel….

We zijn met z’n allen in 2018 weer rijker geworden. Niet zo heel vreemd als je naar de ontwikkeling van de huizenprijzen gedurende de afgelopen jaren kijkt. Ik durf nu al te voorspellen dat ook het rapport volgend jaar, met de stand van 1 januari 2020, een stijgend doorsnee vermogen laat zien. En zeer waarschijnlijk ook het rapport van 2022, met de stand per 1 januari 2021. Want ook in 2020 stijgen de huizenprijzen nog door. Misschien hebben we in 2022 wel een extra ‘knikje’ omhoog, omdat we in 2020 met z’n allen zo hard gespaard hebben vanwege corona en de dreigende economische crisis.

Het doorsnee vermogen per 1 januari 2019 bedroeg € 49.800 (2018: € 38.400). Daarvan zat € 34.700 in ‘de bakstenen’ (2018: € 23.800), en € 15.100 in ‘bank- en spaartegoeden en aanmerkelijk belang’ (2018: € 14.600). Voor het merendeel is dat geld op spaarrekeningen, aandelen en vermogen van ondernemers. Het gaat hierbij om ons netto vermogen. Volgens het bericht van het CBS hebben de 7,8 miljoen huishoudens samen € 2.400 miljard aan bezittingen en € 870 miljard aan schulden, waardoor het totale vermogen in Nederland uitkwam op € 1.540 miljard. Ik mis dan nog ergens € 10 miljard in dat rekensommetje, en ik zou zelf best tevreden zijn met 0,1% van dat ontbrekende bedrag, maar ik snap dat dit voor het CBS een afrondingsverschil is.

Bron: CBS

Dit jaar heeft het CBS er ook een mooi grafiekje bijgedaan met de vermogensverdeling per leeftijdsgroep. Het is een 100% staatje, want het moge duidelijk zijn dat er meer huishoudens in de 45 – 65 categorie vallen dan in de categorie tot 25 jaar.

Bron: CBS

Goed Nieuws?

Toch vind ik deze stijging niet alleen maar goed nieuws. En dat komt vooral door de samenstelling en de verhoudingen in dit doorsnee vermogen.

Ten eerste, de woningmarkt is één van de vreemdste markten van Nederland. Er zijn grote verschillen tussen regio’s, en de rijks-, provinciale, en gemeentelijke overheden spelen allemaal een rol. Dat heeft impact op de beschikbaarheid en de prijzen van woningen. Tel daarbij op de Europese Centrale Bank die enorm veel geld in de economie pompt, en de (mede daardoor) extreem lage hypotheekrentes. Bij mij rinkelen er allerlei bubbel-alarmbellen in het hoofd. Een bubbel die pas ophoudt als de rente stijgt, er minder geld in de markt is, en/of wij allemaal het vertrouwen verliezen en geen ander huis meer durven kopen. Veel deskundigen hadden verwacht dat dit de afgelopen maanden zou gebeuren, maar daar komen onder andere ABN AMRO en de Rabobank nu al weer op terug. De vermogensontwikkeling van de doorsnee Nederlander, inclusief mijzelf, is dus vooral afhankelijk van een ‘niet geheel optimaal functionerende markt‘?

Ten tweede, liquiditeit vind ik erg belangrijk. De (toegenomen) waarde van de woningen zit immers in stenen, en met stenen kun je geen nieuwe auto of boodschappen betalen. Het is ‘papieren’ rijkdom die pas ‘echt’ wordt op het moment dat je jouw woning verkoopt. En dan kan de wereld weer heel anders zijn. Begin 2018 had het doorsnee Nederlandse huishouden € 14.600 liquide vermogen. In 2018 bedroeg de inflatie 1,7%. Om hiermee gelijke tred te houden moest het doorsnee liquide vermogen dus groeien naar € 14.848,20. Met de € 15.100 van 1 januari 2019 hebben we dus wel iets meer gespaard dan de inflatie.

Maar het CBS-bericht laat ook zien dat, gecorrigeerd voor inflatie, het doorsnee vermogen nog niet op het niveau van 2008 is. Ten opzichte van de situatie vóór de voorgaande crisis zijn we (de doorsnee Nederlander) dus niet vermogender geworden. En een groei van dat liquide vermogen van € 14.600 naar € 15.100 is natuurlijk ook niet zo heel veel. De doorsnee Nederlander spaart dus net iets meer dan € 40 per maand?

Het vermogen van Geldnerd

Het voordeel van mijn eigen spreadsheets is dat ik mijzelf op allerlei gebieden kan vergelijken met de doorsnee Nederlander. Mijn vermogen is iets hoger dan de doorsnee, maar dat mag ook wel na bijna 20 jaar financieel bewust leven. Maar hoe heeft mijn eigen vermogen zich ontwikkeld tussen 1 januari 2018 en 1 januari 2019?

Mijn voorraad contanten kromp licht in 2018, onder andere door de aanschaf van een nieuwe bril en de aanleg van onze tuin. En ook de aandelenmarkt was niet heel positief. Maar de WOZ-waarde steeg. En mijn inleg in de beleggingen en de (extra) aflossingen op onze hypotheek waren ook netto toevoegingen aan ons vermogen. In totaal waren de toenames van ‘waarde in stenen’ (de aflossing en WOZ-stijging) en ‘waarde in contanten’ ongeveer even groot. Hier doe ik het dus beter dan de doorsnee Nederlander. En ook in absolute termen was de totale vermogensgroei in Huize Geldnerd wel iets hoger dan de doorsnee. Gelukkig maar, want anders zou ik van mijzelf mijn Geldnerd-titel in moeten leveren…

Hoe ‘doorsnee’ is jouw vermogen?

NB: Ook collega De Budgetman schreef over het bericht van het CBS.

De FIRE beweging is aan het verliezen

‘Wij van de FIRE beweging’, de mensen die financieel bewust bezig zijn en daarmee streven naar eerder stoppen met werken, uit de ratrace stappen, geloven graag dat we de voorhoede zijn van een brede beweging. Dat we iedereen het ‘licht’ kunnen laten zien dat ‘spaarpercentage en VWRL’ heet. Dat eerder stoppen misschien niet voor iedereen is weggelegd, maar wel voor heel veel mensen. Als ware zendelingen schrijven we onze blogjes, en proberen we mensen te bekeren op meet-ups en conferenties en zo. De Jehova Getuigen zijn amateurs vergeleken bij de zendelingen van FIRE…

Maar in werkelijkheid zijn we een niche. Een klein groepje dwarsliggers. De grote strijd, zo die er ooit geweest is, zijn we aan het verliezen. De statistieken bewijzen het. Er wordt helemaal niet minder jaren gewerkt, integendeel.

Het FD publiceerde onlangs een artikeltje waaruit bleek dat een steeds groter deel van ons leven opgaat aan werk. Omdat dit artikel achter een betaalmuur zit geef ik graag een samenvatting met achtergronden van Eurostat, het Europese statistiekbureau. Want dat is de bron van deze gegevens. Niks korter werken, langer werken. Dat is wat we doen.

Allereerst een plaatje van Eurostat, dat veel mooier is dan het staatje dat het FD ervan maakte.

Bron: Eurostat

Nederlanders en Zweden hebben de langste werkzame levens van alle EU-landen. In Nederland is dit gemiddeld 40,5 jaar en in Zweden 41,9 jaar. Aan de andere kant van het spectrum zitten de Italianen (31,8 jaar), Kroatië (32,4) en Griekenland (32,9). Wie is er nou de slimste in Europa? In onderstaand plaatje zie je hoe het EU-gemiddelde zich ontwikkeld heeft sinds het jaar 2000.

Bron: Eurostat

De cijfers van Eurostat geven de verwachte werkzame jaren aan van een 15-jarige. Ook voor de levensverwachting is uitgegaan van Europeanen die nu 15 jaar oud zijn. En dan valt op dat het aantal werkzame jaren harder groeit dan de levensverwachting. Nederlanders zijn tussen 2000 en 2018 ongeveer 14% meer van hun leven aan werk gaan besteden, dat is vijf jaren. In diezelfde periode is onze levensverwachting maar met anderhalf jaar toegenomen.

Bron: Eurostat

En ook nog opvallend: In 2018 was het werkzame leven langer voor mannen dan voor vrouwen in alle landen, met uitzondering van Letland en Litouwen.

Nou, bekijk het maar hoor! Ik ben echt niet van plan om 40,5 jaar te werken. Geldnerd is begonnen direct na zijn studie, toen was hij 24 jaar en 3 maanden oud. 40,5 jaar verder ben ik 64 jaar en 9 maanden. Mij niet gezien, ik verwacht ver voor die tijd klaar te zijn.

Hoeveel jaar verwacht jij te werken?

Boven onze stand leven

Het is een bericht waar ik toch wel elk jaar naar uitkijk, de jaarlijkse rapportage van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) over het vermogen van de doorsnee Nederlander. Eerder deze week was het weer zover. En omdat ik toch op de bank lag bij te komen van mijn operatie, ben ik maar eens op mijn gemak gaan lezen. Dat moest ook wel kalm aan, want door de naweeën van de narcose heb ik momenteel het concentratievermogen van een goudvis…

Gluren bij de buren…

Altijd eerst even kijken wat de media er van maken. Het vermogen van de doorsnee Nederlandse huishoudens bedroeg vorig jaar € 38.400, een stijging van maar liefst € 10.000 ten opzichte van een jaar eerder, meldde nu.nl met als kop dat ‘we’ opnieuw rijker zijn geworden door de prijsstijging van de eigen woning. Dan begin ik al te gniffelen. Verder vermeldt het artikel wat statistiekjes uit het persbericht, zoals hoeveel de rijkste en de armste 10 procent van de Nederlanders bezitten of schuldig zijn. RTL Nieuws ging op de PvdA toer en benadrukt dat de ‘ongelijkheid’ iets minder zou zijn geworden. Ik zoek nog naar een goede definitie van ongelijkheid. Het Algemeen Dagblad (AD) maakte het nog wat bonter. Onder het motto ‘gluren is leuker’ hebben ze een interactieve kaart waar je jezelf / je gemeente kunt vergelijken met ‘de anderen’. Dat is blijkbaar het enige nieuwswaardige element.

Het AD besteedde dan wel weer meer aandacht aan de Middellangetermijnverkenning 2022 – 2025 van het Centraal Planbureau (CPB). Dat instituut zegt vaak verstandige dingen. Zij voorspellen dat de economische groei in de volgende kabinetsperiode terugvalt naar 1,1% per jaar. En ze gaan zelfs zo ver dat ze verwachten dat de koopkracht (je weet wel, dat cijfer dat rond Prinsjesdag altijd voor paniek zorgt) tussen 2022 en 2025 helemaal niet groeit. De reden: de vergrijzing. Het is blijkbaar voor het eerst dat de bevolking in de leeftijdscategorie van 15 tot 75 jaar afneemt en dat gegeven zal het economisch beeld voor de jaren 2022-2025 nadrukkelijk gaan bepalen. Dit gaat groei en koopkracht kosten, verwacht het planbureau. Ik moet me toch weer eens wat beter inlezen op de bredere economische gevolgen, bijvoorbeeld als al die babyboomers hun huizen en aandelen gaan verkopen. Gelukkig bouwen we in Nederland geen geschikte andere woningen…

Maar goed, deze blog ging over het vermogen. Over die verkenning van het CPB heb ik het misschien nog wel eens een andere keer. Meestal als ik de mediapraatjes heb gelezen ga ik zelf maar eens grasduinen in het onderliggende persbericht en rapport.

Definities

Met ‘doorsnee’ bedoelt het CBS het mediane vermogen. Dat is het midden van de gegevensverzameling, de helft van de huishoudens heeft meer vermogen en de andere helft heeft minder vermogen. Dat is iets anders dan het gemiddelde. Vermogen definiëren ze als het saldo van bezittingen en schulden, vergelijkbaar met wat in mijn spreadsheets mijn Eigen Vermogen is.

Twee dingen zijn er verder nog om in de gaten te houden. Bij het vaststellen van de fiscale hypotheekschuld kan het CBS de opgebouwde tegoeden bij spaar- en beleggingshypotheken niet meenemen, blijkbaar hebben ze daar geen toegang toe. Ook worden pensioenaanspraken en andere aanspraken van sociale zekerheid niet tot het vermogen gerekend, omdat deze collectief worden geregeld en niet op persoonsniveau toerekenbaar zijn, of overdraagbaar van persoon op persoon. Zie daar de reden waarom die Amerikaanse bloggers allemaal zo’n hoog vermogen hebben, en wij niet (maar wel een pensioen krijgen).

De doorsnee Nederlander wordt juist armer…

Wat ik interessant vind, is de invloed van een eigen woning op het vermogen. De toename van het doorsnee vermogen komt vooral doordat woningen in waarde bleven stijgen. Wanneer de eigen woning buiten beschouwing blijft, was het vermogen met € 14.600 iets hoger dan in 2017 en iets lager dan de piek in 2010. Ze hebben daar ook een mooie grafiek van gemaakt.

Bron: CBS

Wat me daarbij opvalt, is dat het vermogen zonder de eigen woning sinds 2006 nauwelijks van z’n plek is gekomen. In 2006 was het € 13.800, in 2018 was het € 14.600. Een stijging van € 800 oftewel 5,8%. De inflatie in deze periode bedroeg in totaal ruim 20%. Dat betekent dat we in termen van koopkracht minder vermogen hebben dan in 2006. We worden armer. We leven boven onze stand. Geen verrassing, maar altijd wel confronterend om dat in de cijfers terug te zien.

In welke vermogenscategorie val jij?

Aanvulling: kersverse blogger Uitklokken heeft ook wat rekenwerk gedaan, bij hem kun je nu zelf zien in welke vermogenscategorie jij valt. En ook De Budgetman heeft hier zaterdag 23 november over geschreven.

Consumptie en inkomen (uitgeven maar weer…)

De omzet van de detailhandel was in juni 3 procent hoger dan in dezelfde maand een jaar eerder. Dat meldde het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) maandag. Het verkoopvolume groeide met 2,8 procent.

Het netto reëel besteedbaar inkomen groeide in 2017 met 1,5 procent. Recentere cijfers heb ik niet kunnen vinden, maar De Nederlandsche Bank verwacht dat in 2018 en de komende twee jaar het reëel beschikbaar inkomen kan stijgen met jaarlijks gemiddeld bijna 3%. Kortom, de consumptie groeit weer eens net zo hard of zelfs harder dan het inkomen. Daar hoef je geen wiskundig wonder voor te zijn, dat is geen model dat eeuwig vol te houden is.

Uiteraard heb ik ook nog even gekeken naar mijn eigen persoonlijke cijfers. Mijn netto besteedbaar inkomen (exclusief dividend-ontvangsten) in de periode januari tot en met juli 2018 was 6,9% hoger dan in dezelfde periode vorig jaar. En mijn uitgaven (dus exclusief aflossing / beleggen / sparen) in de periode januari tot en met juli 2018 waren 29,9% lager dan in dezelfde periode vorig jaar. Een beetje vertekend beeld, omdat we in die periode in 2017 nog wat extra uitgaven deden voor de inrichting van ons huis. Als ik dat effect eruit haal, dan is de daling van mijn consumptie 15,7%. Dat stelt me dan toch weer gerust, ik doe niet mee met de consumptie-rally…

Hoe is het met jouw inkomen en jouw consumptie?

De roze pensioenbril?

‘Wij Nederlanders’ staan bekend als een pessimistisch en zeikerig volkje. Als we aan de zon denken, dan schuift er al gauw een wolk voor. En terwijl alle statistieken laten zien dat we bij de gelukkigste en welvarendste landjes ter wereld horen, kunnen wij bij de koffie-automaat moeiteloos duizend dingen opnoemen die erop wijzen dat alles mis gaat in dit land, of dat we in elk geval helemaal de verkeerde kant op gaan en de weg kwijt zijn.

Maar er is in elk geval één domein waar we blijkbaar veel te optimistisch over zijn. Waar we door een roze bril naar de wereld kijken, op weg naar onze eigen teleurstelling. Dat is in elk geval de conclusie die je zou kunnen trekken uit het onderzoek van Schroders Vermogensbeheer, waar ik vorige week op diverse plekken over las. Het onderzoek leert ons dat Nederlanders verwachten zo’n 75 procent van hun huidige inkomen nodig te hebben tijdens ons pensioen. Maar gepensioneerden ontvangen gemiddeld 69 procent van hun salaris als pensioen.

Als ik naar de statistiekjes kijk, dan lijkt het erop dat de ondervraagden niet echt een doorsnee van de Nederlandse bevolking zijn. Want in totaal willen ze ruim 25% van hun inkomen na pensionering uitgeven aan reizen, het kopen van een huis als belegging, en het kopen van een tweede huis. Tegelijkertijd, het is wel weer een bevestiging dat erg veel mensen zich laten leiden door financiële dromen, en dat er te weinig echt gekeken wordt naar de eigen financiële situatie, zowel nu als in de toekomst. Maar goed, daar heeft Opa Geldnerd al genoeg over geklaagd. Dat helpt toch niet, de consumptie blijft maar groeien. Gelukkig ook maar, want met mijn aandeeltjes en dividendinkomsten profiteer ik daar ook goed van mee.

Nou is het natuurlijk een onderzoek van een vermogensbeheerder, die dus ook niet gevrijwaard is van enig commercieel belang. Want uiteraard kun je dit probleem oplossen met hun producten, vinden ze zelf. Waarbij ze je er niet bij vertellen dat het zelf ook veel goedkoper kan.

Zelf probeer ik af en toe ook in te schatten hoeveel geld ik nodig ga hebben na mijn pensioen, en hoeveel er beschikbaar gaat zijn. Vorige week schreef ik daar nog over. Het blijft koffiedik kijken, maar ik vind het een nuttige exercitie om eens in de paar jaar te herhalen, en ook als de regels veranderen. Iets over gewaarschuwde mensen die voor twee tellen, en zo.

Heb jij ook een roze pensioenbril op?